Enschede bezuinigt bijna anderhalve ton op woninginrichting voor inwoners op bijstandsniveau
Om de gemeentelijke begroting voor volgend jaar rond te krijgen, gaat Enschede met ingang van 2025 bezuinigen op de bijzondere bijstand. Dit potje omvat diverse vergoedingen voor extra kosten van minima, zoals vervoerskosten, een computer of werkkleding. Specifiek wordt er 140.000 euro bezuinigd op de vergoeding voor volledige woninginrichting.
Wie te weinig budget heeft om nieuwe meubels en elektrische apparaten aan te schaffen, kan beroep op de bijzondere bijstand. Normaal gesproken wordt bij het beoordelen van de aanvraag uitgegaan van een inkomen van maximaal 110 procent van de bijstandsnorm, maar onder voorwaarden is daarvan af te wijken. Er moet in ieder geval door de aanvrager aantoonbaar worden gemaakt dat deze de kosten zelf niet kan dragen.
Prijzengids van Nibud
Voor een vergoeding voor de woninginrichting hanteert de gemeente Enschede de prijzengids van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud). Die legt jaarlijks de gemiddelde prijs van meubels en andere inrichtingskosten vast. Tot nu toe keert de gemeente Enschede 75 procent van die richtprijs uit.
Maar die uitkering wordt aangepast. Vanaf 1 januari zal de gemeente bij het toekennen van bijzondere bijstand voor woninginrichting nog 50 procent van de gemiddelde kostprijs vergoeden.
Standaardbedragen
Een voorbeeld: het vernieuwen van woonkamermeubilair kost volgens het Nibud (prijspeil juli 2024) op dit moment bij elkaar 1.804 euro. Dat betekent dat in het huidige beleid 1.353 euro wordt gerekend voor het inrichten van de woonkamer. Vanaf 2025 wordt dat bijgesteld tot maximaal 902 euro.
Geen exacte aantallen bekend
Het aantal inwoners dat in 2024 bijzonder bijstand voor volledige woninginrichting heeft ontvangen wordt geschat op 135. Volgens de gemeente is het precieze aantal lastig te bepalen, omdat verschillende soorten inrichtingskosten door elkaar heen lopen.
Zo zijn er ook standaardbedragen voor slaapkamer, bestek, servies, linnengoed en huishoudelijke apparaten. Een volledige woninginrichting voor eenpersoonshuishouden is straks goed voor een vergoeding van maximaal 2.856 euro. Nu is dat nog 4.284 euro. Voor gezinnen met kinderen geldt een extra bijdrage. Ook voor stoffering en behang geldt een aparte vergoeding.
Meer tweedehands alternatieven
Al met al moet het verlagen van de inrichtingsvergoeding een bezuiniging van 140.000 euro opleveren. Volgens het college van B&W is de maatregel goed te verantwoorden, omdat het Nibud uitgaat van gemiddelde prijzen en in het bijstandsbeleid juist wordt uitgegaan van de goedkoopste optie. Ook moet het stimuleren om meer gebruik te maken van tweedehands meubels.
Volgens intern juridisch advies is het verlagen van de vergoeding voor volledige woningrichting toegestaan, maar is er 'op voorhand niet met zekerheid te zeggen' en 'op voorhand ook niet uit te sluiten' of een uitkering van 50 procent van de Nibud-prijzen voldoende is. Het college neemt dat risico op de koop toe en zegt in uitzonderlijke gevallen altijd te kunnen afwijken van de beleidsregel.
Gerelateerd
