Dankzij een dagzege tijdens de prestigieuze Q-School van dartbond PDC mag Dennie Olde Kalter zich de komende twee jaar gaan meten met de wereldtop. Voor de 34-jarige Hengeloër is het een droom die uitkomt. Hij deed vier keer mee aan die kwalificatiewedstrijd, maar keerde de drie voorgaande keren huiswaarts zonder resultaat: "Voor mij geldt: vier keer is scheepsrecht!"
In 1Twente Vandaag blikt Olde Kalter terug op dat glorieuze weekend, nu twee weken geleden. "Het was in Kalkar, net over de grens in Duitsland. Ik was daar met een paar andere goeie darters uit de regio. Je wilt op tijd zijn, om lekker te kunnen ingooien. Immers, er doen vierhonderd darters mee en er is maar een beperkt aantal borden. Dat betekende voor dag en dauw die kant op. Eenmaal warm gedraaid, moet je je potjes winnen. Toen ik won van Jeffrey de Zwaan, een darter met veel ervaring op PDC-niveau, wist ik dat het wel eens een mooie dag zou kunnen worden", vertelt Olde Kalter nuchter.
Uiteindelijk leverde de winst in Kalkar hem de zo gewenste PDC Tour Card op. Dat betekent volop aandacht van de media en van sponsoren. Toch zal hij z'n baan als planner in de zorg niet opzeggen: "Om als darter hetzelfde te verdienen als ik nu doe, moet ik heel wat potjes winnen. Die gok durf ik nog niet te nemen. Het verdienen begint ook pas na winst in een eerste ronde. Die levert je zo'n 1.300 euro."
Hij vervolgt: "Van de beste darters ter wereld kan alleen de top 32 er echt van bestaan. Omdat ik vanaf nu elke maand twee weken op reis ben ergens in Europa, ga ik op oproepbasis werken."
Het zijn overigens geen eenzame trips, vertelt hij: "Nee, ik reis in een busje samen met andere darters van mijn management. Dat zijn met name jongens uit de regio, zoals Christian Kist uit Vroomshoop."
Olde Kalter ziet de jeugd steeds jonger de pijltjes oppakken. Hun grote voorbeeld is Luke Littler, de net 18 geworden Brit, die begin deze maand het WK won en daarmee de jongste winnaar ooit werd.
Dennie Olde Kalter wordt niet de eerste Twentse darter op het professionele circuit van de PDC. Eerder waren Jelle Klaassen (Goor), Christian Kist (Vroomshoop) en Danny Jansen (Holten) de gelukkige bezitters van een Tour Card.
Maar het kan nog gekker: "In het circuit doet een dertienjarige Belg mee. Die gooit standaard gemiddeld 90. Dat is waanzinnig op die leeftijd. Hoe jonger je begint, hoe beter het is voor je ontwikkeling. Voor je motoriek, maar ook voor je rekensnelheid. Je moet heel snel rekenen om jezelf niet uit het spel te halen."
Raymond van Barneveld was Dennie Olde Kalters idool: "Alle jongens van mijn leeftijd keken natuurlijk tegen hem op. Toen wij begonnen, was hij de grootste. Ik leerde darten in de kantine van BWO, waar ik voetbalde. Later ging ik wedstrijden spelen bij Het Twentse Ros aan de Twekkelerweg, de sponsor van mijn elftal. Daar train ik nog altijd en speel ik competitie. Mijn iets ouders broer Mike is trouwens ook erg goed. We trainen veel samen en maken elkaar beter."
Olde Kalter komt met zijn team uit bij DVO, de dartcompetitie in grofweg Twente en de Achterhoek - en de op een na grootste regionale competitie van Nederland. "Geen idee waarom, maar er zit hier veel talent. Andere darters komen ook graag deze kant op. De toernooien zijn gezellig, waarom mensen ook graag terugkomen."
Het bemachtigen van zo'n Tour Card is een moeilijke opgave. Honderden darters - waaronder gevallen toppers als Simon Whitlock en Mervyn King - deden in het tweede weekend van januari via kwalificatietoernooien in Duitsland (Kalkar) en Engeland (Milton Keynes) een gooi naar een felbegeerd ticket. Uiteindelijk werden er over beide locaties in totaal 'slechts' 29 Tour Cards uitgedeeld.
Olde Kalter zal de komende maanden in heel Europa toernooien spelen waar goed geld te verdienen is. Met een schuin oog kijkt hij echter nu al richting het WK in december in Alexandra Palace in London: "Ik heb natuurlijk door de jaren heen veel WK-wedstrijden op tv gezien, maar ben er nog nooit bij geweest. Dat gevoel wil ik bewaren voor het moment dat ik daar zelf kan gooien. Ik moet me overigens nog wel kwalificeren daarvoor."
Hij heeft nu twee jaar de tijd om bij de beste 64 van de wereld te komen. Lukt dat niet, dan mag hij begin 2027 weer aan de Q-school meedoen. Komende dinsdag vertrekt hij voor z'n eerste wedstrijd als PDC'er. Waar? In Milton Keynes in Engeland, het mekka van de dartssport. En daar kan hij zomaar eens grote namen als Michael van Gerwen, Luke Littler en Luke Humphries tegenkomen.