Zonder aarzeling gaat burgemeester Roelof Bleker over tot het sluiten van woningen als er een handelsvoorraad drugs wordt gevonden. Enschede hanteert wat dat betreft een lik-op-stukbeleid. Maar dat is geen onverdeeld succes. Voor de tweede keer in korte tijd moet de burgemeester zijn huiswerk overdoen. De sluiting van een woning, eerder deze maand, is volgens de rechter onvoldoende onderbouwd.
Tijdens een onderzoek in de betreffende woning, begin november, hebben opsporingsambtenaren drie blokken hasj aangetroffen. In totaal 243 gram, waar bij meer dan 5 gram sprake is van een handelshoeveelheid. De straat is niet bekend; de bijbehorende rechtbankstukken ontbreken en de sluiting van de woning is door de gemeente nog niet naar buiten gebracht.
Op basis van de vondst van 243 gram hasj, tientallen lege ongebruikte gripzakjes, meerdere telefoons en een weegschaaltje met daarop witte restanten concludeert de burgemeester dat er vanuit de woning sprake is geweest van handel in softdrugs.
Begin deze maand heeft Bleker daarom besloten om de toegang tot de woning vanaf 15 januari voor een periode van drie maanden te verzegelen. Precies zoals het zogeheten Damoclesbeleid, dat vlak voor de jaarwisseling nog is vernieuwd, voorschrijft. Met een spoedzaak bij de rechtbank in Zwolle heeft de bewoner de sluiting vlak voor de deadline proberen aangevochten.
Voor wat betreft de drugshandel volgt de voorzieningenrechter de argumentatie van de burgemeester. De verklaring van de bewoner dat de blokken hasj toebehoren aan twee vrienden en dat hij deze in zijn woning over het hoofd heeft gezien, acht de rechter ongeloofwaardig.
Maar om tot sluiting van een pand over te gaan, moet aannemelijk worden gemaakt dat het woon- en leefklimaat of de openbare orde in de omgeving in het geding is. Dat kan op basis van bewijs van toeloop naar het pand, onrust of meldingen van overlast uit de buurt of bekendheid van de woning als 'drugspand'.
Behalve het simpele feit dat er drie blokken hasj zijn gevonden, is in de rapportage van de gemeente geen ander bewijs aangedragen dat het sluiten van de woning rechtvaardigt. Terwijl dat volgens de eigen gemeentelijke regels wel een vereiste is.
Een vertegenwoordiger van de gemeente verklaarde in de zitting dat gelet op de omstandigheden juist is gekozen voor een sluiting van drie maanden (de kortste periode) in plaats van zes maanden.
Maar de burgemeester wordt door de rechter met zijn eigen regels om de oren geslagen: in het Damoclesbeleid staat uitdrukkelijk dat bij handel in softdrugs bij woningen drie maanden sluiting wordt opgelegd. Bij andere lokalen (zoals een café of winkel) gaat het om zes maanden.
In zijn voorlopige uitspraak steekt de rechter een stokje voor de sluiting van de woning. Burgemeester Bleker krijgt zes weken de tijd om aanvullende bewijzen (zoals meldingen van overlast) aan te dragen waaruit blijkt dat het woonklimaat of de openbare orde in geding is. In ieder geval tot die tijd mag de bewoner dus in het huis blijven wonen.
Vorig jaar werd een woningsluiting in Enschede ook al door de rechter tegengehouden. Destijds dreigde een vrouw met twee minderjarige kinderen op straat te worden gezet na de vondst van harddrugs in haar woning. Een van de argumenten van de rechter lag ook toen in de meldingen van overlast: die waren anoniem en te gedateerd. De burgemeester heeft de zaak toen laten vallen.