Vanwege zijn betrokkenheid bij een dodelijk ongeval vlak buiten de bebouwde kom van Enschede, ruim een jaar geleden, is een 20-jarige man veroordeeld tot een taakstraf. De Enschedeër raakte op 1 december 2023 met zijn auto op de Brinkstraat in een slip en reed daarbij een 62-jarige fietsster van de weg. De vrouw overleed ter plaatse aan haar verwondingen.
Het ongeval heeft die bewuste ochtend vlak voor 9 uur plaats. De dan 19-jarige automobilist rijdt in zijn Renault Clio, die hij pas twee dagen in bezit heeft, komend vanuit de Zuid Esmarkerrondweg over de Brinkstraat. Hij let niet op zijn snelheid. In een flauwe bocht vlak voor het viaduct over de N35 gaat het mis als een tegenligger een fietsster inhaalt.
De Enschedeër wijkt uit en belandt tijdens die manoeuvre met de rechterwielen in de berm. Het voertuig raakt in een slip, draait gedeeltelijk om zijn as en komt tegen een boom aan de andere kant van de weg tot stilstand.
Tijdens de slippartij is de fietsster van de rijbaan gereden. De 62-jarige Enschedese belandt met haar fiets in de sloot langs de weg. De klap is zo hard dat de vrouw ter plaatse overlijdt aan haar verwondingen.
Op basis van telefoondata is berekend dat de beginnend bestuurder ongeveer 86 kilometer per uur heeft gereden toen hij van de weg raakte. Op de Brinkstraat geldt op dit punt een maximumsnelheid van 60 kilometer per uur.
De rechter rekent het de jonge Enschedeër aan dat hij zo hard heeft gereden terwijl hij bekend is met de verkeerssituatie aan de Brinkstraat (flauwe bochten) en bovendien in een voor hem nog onbekende auto reed.
In zijn vonnis komt de rechter tot de maximale taakstraf van 240 uur voor dood door schuld in het verkeer. Ook heeft de Enschedeër een ontzegging van de rijbevoegdheid voor een jaar, waarvan zes maanden voorwaardelijk.
In de strafmaat is rekening gehouden met het feit dat de jonge automobilist nooit eerder is veroordeeld voor een misdrijf, de volle verantwoordelijkheid heeft genomen voor het ongeval en spijt heeft betuigd aan de nabestaanden. 'De rechtbank realiseert zich dat het in deze zaak onmogelijk is om een straf op te leggen die recht doet aan het leed van de nabestaanden', aldus het vonnis.