De 31-jarige Vera Boertien mag zich de komende twee jaar stadsdichter van Enschede noemen. In een behoorlijk volle bonbonnière van Concordia werd Boertien zondag door een vakjury verkozen boven de drie andere aanwezige finalisten. “Als er wat gebeurt in de stad, kan zij het best iets duidelijk maken met een gedicht.”
Boertien zal de komende twee jaar minstens elke maand een stadsgedicht maken dat raakt aan Enschede. Ook omlijst ze op verzoek belangrijke momenten en evenementen met haar werk, zoals de dodenherdenking. Bovendien begeleidt ze de junior-stadsdichter, die woensdag verkozen zal worden.
Het hoge woord kwam eruit onder toeziend oog van zo’n zestig toeschouwers, nadat eerst huidig stadsdichter Arthur Adam ten Cate was afgetreden en de vier finalisten elk een stadsgedicht en vrij werk hadden voorgedragen. “Heel onwerkelijk”, reageert Boertien op de winst. “Je hoopt er natuurlijk op als je iets instuurt, maar dat je naam wordt geroepen voelt bizar.”
Ze wist de jury te overtuigen met twee totaal verschillende gedichten. Het eerste over landgoed Drienerlo, het gebied waar nu de UT-campus is. “In de Tweede Wereldoorlog was dat van Gerrit Lasonder, een NSB’er.” Na de oorlog werd het onteigend en ‘kocht’ de gemeente het voor een gulden – als een soort oorlogsbuit - om er een technische hogeschool te bouwen.
“Later kwam naar buiten dat er joden ondergedoken zaten in de pachtboerderijen van Lasonder. Dus toen werd zijn naam weer in ere hersteld.” Centrale vraag in het gedicht: was het gebied ooit het huidige toevluchtsoord voor dromers geworden, als men eerder had geweten dat het in de oorlog een toevluchtsoord voor joden was?
De universiteit als toevluchtsoord voor dromers kent Vera Boertien maar al te goed. Ze werkt bij Novel-T, een non-profit organisatie die ondernemingen met innovatieve ideeën – niet zelden afkomstig vanuit de UT - helpt te vernieuwen en groeien. Als storyteller interviewt ze de ondernemers en vertelt ze hun verhaal.
Boertien komt oorspronkelijk uit Kloosterhaar en kwam in 2016 naar Enschede voor haar studie Technical Communication. Ze dicht al vanaf haar kindertijd. Drie jaar geleden begon ze weer. Toen ze zag dat Enschede een stadsdichter zocht en mensen vroegen waarom ze zelf niet zou meedoen, besloot ze een poging te wagen. Met succes, dus.
Het tweede gedicht was anders. Getiteld: mijn dochter is een eenhoorn. “Die gaat over mijn dochter en het moeder-zijn. Dus ook wel emotioneel, maar humoristisch ingestoken.”
Het typeert haar stijl: laagdrempelig en begrijpelijk. Dat, in combinatie met haar rustige en duidelijke voordracht, was voor de jury doorslaggevend. “Vera kan het best op actualiteit inspelen en iets uitleggen in haar gedichten”, zegt juryvoorzitter Jan Hoogenberg van de organiserende Stichting Literaire Manifestaties Enschede. “Dat is een belangrijke eigenschap. We willen dat de stadsdichter een zo groot en breed mogelijk publiek bereikt.”
En laat dat nou precies het doel van Boertien zijn. “Ik wil poëzie dichter bij de mensen brengen. En laten zien dat het grappig kan zijn of heel verdrietig. Maar dat het allesbehalve stoffig is. Als dat lukt is mijn missie geslaagd. En als het dan mag gaan over het mooie Enschede, is dat natuurlijk extra fijn.”
Wat zou er zijn gebeurd
met het land
hadden we toen de kennis
van nu gehad?
was de grond dan zoals nu
een toevluchtsoord voor dromers
of zou het al gauw in
de vergetelheid zijn geraakt?
de gemeente kocht het
voor een gulden
een gulden te veel
voor de verkeerde kant
de donkere kant
van de geschiedenis
werd bedekt met de belofte
van de toekomst
de groene campus bloeide
als nieuwe kennis, prille liefdes
eerste biertjes en katers
brakke hoofden in de collegezalen
met daaronder diep begraven
het geheim van de landheer
verzonken als het torentje
dat de oude naam in stand houdt
Wat zou er zijn gebeurd
met het land
hadden we toen de kennis
van nu gehad?
als we toen toch eens wisten
dat het toen al een toevluchtsoord was
dat die verkeerde kant
omlijst werd door een zilveren rand
Er is een magisch wezen
gekomen in mijn leven
mijn lijf een wonderlijk portaal
luidde haar komst het begin in
van een nieuw verhaal
ze was speciaal, een eenhoorn
ik zag het echt meteen
maar goed dat zegt natuurlijk iedereen
en ook niet dat ze zoveel deed
een kreet, een scheet, een tepelbeet
toch, verwonderen deed ze steeds
ik bracht haar naar mijn oma
wijs, oud, en bovendien
had zij vast al eens zoiets gezien
maar voor het eerst in haar lange leven
had ze geen woorden, behalve die ene
volmaakt
sinds deze eenhoorn
bestaat
is er geen moment dat zij
mijn gedachten verlaat
en na een tijdje dacht ik
als zoiets magisch
uit mij voortkomen kan
hoe bijzonder zijn moeders dan?