Een van de meest monumentale straatjes van Hengelo heeft voorgoed een ander aangezicht gekregen. Langs de Woolderbeekweg zijn gisteren vijf paardenkastanjes gekapt. De 110 jaar oude bomen in Tuindorp 't Lansink zijn al jaren ziek en vormden een steeds groter wordend gevaar voor bewoners en passanten.
Ralf ter Beek, beleidsadviseur openbare ruimte van de gemeente Hengelo, zag het verdriet in de ogen van verschillende bewoners van het straatje dat de Oelerweg met de Tuindorpvijver verbindt: "Een aantal stond er echt met een brok in de keel. Het deed mij ook wel iets om te zien hoe begaan die mensen met deze bomen zijn."
Aan de andere kant: deze was kap onvermijdelijk. De bomen zijn al jaren geleden getroffen door de kastanjebloedingsziekte, een bacterieziekte die sinds begin deze eeuw bomen in heel Nederland en omstreken treft. Bij zware windstoten bestaat de kans dat takken afbreken en op geparkeerde auto's of, erger nog, mensen terechtkomen. "Een paar weken geleden, tijdens een zware storm, hielden de mensen hun hart vast. Je moet beseffen dat die takken enorm zwaar zijn. Dat zijn bomen op zich!"
Een man die in de buurt woont en even komt kijken bij de werkzaamheden, vindt het doodzonde dat de bomen moeten verdwijnen, maar heeft er begrip voor: "Mensenlevens gaan natuurlijk boven alles. Hoe pijnlijk het ook is dat dat betekent dat deze bomen gekapt moeten worden."
In totaal stonden er veertien bomen langs de Woolderbeekweg. Aan de zuidzijde waren er eerder al twee gekapt, gisteren zijn de andere vijf tegen de vlakte gegaan. Aan de noordzijde staan alle oorspronkelijke zeven bomen er nog. Ook die zijn ziek, maar ze kunnen voorlopig nog blijven staan, vertelt Ter Beek: "De ziekte zal zich onherroepelijk ook verder door deze bomen verspreiden. We blijven ze monitoren. Uiteindelijk wacht hen hetzelfde lot."
Op termijn zullen er nieuwe bomen terugkeren langs het water, maar de gemeentelijke bomenman weet nog niet wanneer en welke soort het zal worden: "Daarover zijn we in gesprek met bewoners en deskundigen. Tuinarchitect Leonard Springer had begin vorige eeuw een bepaald beeld voor ogen, toen hij de wijk ontwierp. Het liefst houden we vast aan dat beeld, maar we hebben wel met de veranderende omstandigheden te maken."
Ter Beek doelt op het warmer wordende klimaat en de verschillende bomenziektes, die deels daarmee samenhangen. "Daarnaast zou je voor dat mooie beeld alle bomen tegelijk moeten aanplanten. Dat zou betekenen dat je de bomen aan de noordzijde ook nu moet kappen, terwijl die nog geen gevaar vormen. Het zijn lastige keuzes."
Het gekapte hout wordt verkocht aan een biomassacentrale. Daar wordt het omgezet in warmte en elektriciteit. Deze snippers leveren de gemeente geld op, aldus Ter Beek: "In het openbaar groen, als bodembedekker, zijn ze niet wenselijk. Ze maken de grond juist rijker aan voedingsstoffen, waardoor op den duur meer onkruid ontstaat."
Enkele bewoners hebben gevraagd om een plakje uit een van de stammen. Die zullen door de mensen van Gildebor op hun wenken bediend worden.