Er worden in Nederland maar heel weinig voorbereidingen getroffen om de zorg voor te bereiden op een nieuwe pandemie. Dat zegt Jan den Boon, bestuursvoorzitter het Medisch Spectrum Twente in Enschede. De zorg is volgens hem niet klaar voor een nieuwe uitbraak. Deze week is het vijf jaar geleden dat het coronavirus voor het eerst werd vastgesteld in Overijssel.
De begroeting van Jan den Boon, voorzitter van de Raad van Bestuur van ziekenhuis MST in Enschede is bijzonder vriendelijk, maar zakelijk. Handen schudden doet hij niet. Een overblijfsel uit de coronaperiode, toen handen schudden uit den boze was en afstand houden en mondkapjes verplicht waren.
Wie nu om zich heen kijkt, ziet niets meer van dat alles. Niet in het ziekenhuis, en zeker niet in andere openbare gebouwen of op straat. Vergeten mensen snel? "Gelukkig wel", glimlacht Den Boon. Neemt niet weg dat mensen er nog steeds goed over na moeten denken, vindt hij.
"Het zou nog steeds een goed idee zijn om in de elleboog te hoesten", aldus de MST-bestuurder tegen Oost. "En om in geval van contact met iemand met een griepbeeld, griep of corona, een mondkapje te dragen. Je ziet dat het steeds minder gebeurt. Handengeven is ook weer terug."
Een slecht idee, zeker in een ziekenhuisomgeving. "Buiten het ziekenhuis met gezonde mensen is het echt helemaal prima. Maar in deze omgeving waar ook zieke mensen verpleegd worden, kun je dat beter vermijden", vindt Den Boon.
Dat er een nieuwe pandemie komt, weet Den Boon zeker. Wanneer? Die vraag kan hij niet kan beantwoorden. Of de zorg, net als bij corona, niet goed is voorbereid op de uitbraak van een nieuwe epidemie, is een lastige vraag.
Daar maakt hij zich zorgen om. "Je ziet op landelijke schaal dat er eigenlijk heel weinig voorbereidingen zijn om die pandemische paraatheid vorm te geven. De overheid heeft een publieke taak. De pandemische paraatheid waar het vorige kabinet heel veel plannen voor had, komt niet echt van de grond."
Maar hij relativeert zijn zorgen ook. "Aan de andere kant is het ook zo dat de volgende pandemie echt weer heel anders zal zijn met een ander virus. Met een ander ziektebeeld dan het coronavirus. Ook dan zullen we weer moeten handelen naar bevinden en de flexibiliteit aan de dag moeten leggen die we tijdens corona ook hebben laten zien."
Want dat staat voor Den Boon als een paal boven water: "Ik kijk terug op corona als een periode waarin de zorg heeft aangetoond dat ze enorm veel kan. Dat ze heel flexibel is en kan inspelen op onverwachte situaties. Dat heeft een enorm gevoel van trots gegeven. Het is ook een periode waar we het als zorgpersoneel heel zwaar voor onze kiezen hebben gehad. Dat speelt nog steeds wel als eerste gedachte aan die periode."
De impact op het ziekenhuis was groot. "Er zijn heel veel mensen ook in het ziekenhuis overleden. Dat heeft grote impact op mensen die er werken." Het virus is er nog, dus het MST krijgt nog steeds mensen met corona in het ziekenhuis. "Die worden er minder ziek van. Maar het besef dat het virus er nog steeds is, dat is denk ik belangrijk."
In de eerste maanden van de coronapandemie werd luid geklapt voor het zorgpersoneel dat dagelijks, toch met gevaar voor eigen leven, de beste zorg probeerde te geven. "Ik denk in zijn algemeenheid dat er met scepsis naar de zorg wordt gekeken. Dat verdient de zorg niet. De kennis en de zorg zijn gebaseerd op wetenschap."
Die scepsis is volgens Den Boon een maatschappelijke trend die al langer aan de gang was, ook al wel voor corona. "Medisch advies wordt toch vaak opgevat als een mening en dat vind ik jammer. Dat is een trend die door corona versterkt is."
In de zorgverlening zijn de afgelopen jaren stappen gezet, ziet Den Boon. Vooral op het vlak van op afstand zorg verlenen. "Daar heeft covid ook een versnelling in gegeven. Zorg op afstand, dus digitale consulten, maar ook het thuis monitoren van patiënten. Begin van dit jaar hadden we meer dan tweeduizend patiënten in monitoring en aan het einde van dit jaar willen we er bijna zesduizend in monitoring hebben, zodat we eigenlijk ook op een andere manier zorg kunnen verlenen. Dat is de uitdaging van vandaag."
Ook het digitaal overleggen heeft een vlucht genomen. "Zowel voor mij als bestuurder, maar ook voor dokters in multidisciplinair overleg via Teams. Dat betekent eigenlijk dat informatie-uitwisseling ook veel sneller en beter. We staan op allerlei manieren in contact zijn met elkaar. Bijna niemand mist in een vergadering, omdat je altijd of fysiek of digitaal kunt aansluiten."
Verder lijkt het weer business as usual in het ziekenhuis, maar dat kun je niet zomaar zeggen, vindt Den Boon. "Je kunt eigenlijk niet zeggen dat het net is als vroeger, want vroeger komt nooit meer terug"